Gevlucht voor de Taliban doen jonge Afghaanse vrouwen mee aan de Spelen. Vrijdag breakdancer Talash, eerder al de wielerzussen Hashimi. ‘We doen het voor de Afghaanse vrouwen.’ Voor Trouw interviewde ik de Afghaanse wielrenster Yulduz Hashimi, samen met Eqlema Paryan. Verschenen in de weekendbijlage op 10 augustus 2024.
Voordat Marianne Vos zondag in de schaduw van de Eiffeltoren naar zilver sprintte waren het twee Afghaanse wielrensters die de show stalen in de olympische wielerwedstrijd voor vrouwen. Zussen Yulduz (24) Hashimi en Fariba (21) Hashimi namen vroeg in de wedstrijd de benen en reden met vier andere rijdsters zo’n honderd kilometer in de vroege vlucht. Hun deelname aan de Olympische Spelen is opvallend. Sinds de Taliban in 2021 in het land de macht greep zijn vrouwenrechten drastisch ingeperkt – waaronder het recht om te sporten.
“Ik had mezelf zo sterk voorgenomen dat ik voor de Afghaanse vrouwen iets wilde bereiken. Na dertig kilometer was ik minutenlang overmand door emoties. Het gaf zo’n bijzonder gevoel om deze wedstrijd te kunnen te rijden”, vertelt Yulduz Hashimi vier dagen later, als ze in de auto op weg is naar huis. Ze finishte de wedstrijd niet, zus Fariba eindigde als 75e.
Fariba en Yulduz Hashimi groeiden op in Faryab, een afgelegen en conservatieve provincie in het noorden van Afghanistan. Pas zeven jaar geleden fietsten ze voor het eerst. Yulduz laat een foto zien: een oude Chinese fiets met één versnelling, waarmee ze haar eerste wedstrijd fietste. Ingepakt in lange lagen verhullende kleding en een hijab zwoegde Yulduz zich als eerste van 65 meisjes over de streep. Het is een dierbare herinnering. “In Afghanistan was het als vrouw riskant om te fietsen. De fiets gaf mij meteen een gevoel van vrijheid.”