De eerste Tour de France voor vrouwen was pas 40 jaar geleden – ‘Die fietsende meisjes, dat lijkt nergens op’

Tekst uit Op eigen houtje – de ongelooflijke verhalen van vrouwen in de Elfstedentocht

Vandaag start de Tour de France in Rotterdam. Veertig jaar geleden, in 1984, vond de allereerste Tour de France voor vrouwen plaats, een etappekoers van drie weken. Het evenement verdween na vijf jaar weer van de kalender.

In de jaren ‘80 begon eindelijk het beeld dat vrouwen niet gemaakt waren voor duursport te kantelen. “Vrouwenfietsen uit puberale sfeer,” schreef een verslaggever van Trouw. Het was een ‘ideetje’ van baas van de internationale wielerunie uci Félix Lévitan om de vrouwen ook een Tour de France te laten rijden. “Fysiologisch moeten vrouwen in staat zijn grotere afstanden af te leggen dan ze nu doen,” vond Lévitan. “Het is alleen de vraag of de nationale ‘toppers’ (Thea van Rijnsoever, Hennie Top, Mieke Havik) rijp zijn voor een dergelijk evenement,”  vroeg de verslaggever zich af.

Vrouwen Tour de France: ‘wichten op cols

De vrouwen legden dezelfde etappes af als de mannen, maar wel ingekort tot een kwart van de afstand. Vrouwen reden vaak sowieso maar wedstrijden van 30 of 60 kilometer. Ben Scheperkamp, ploegleider van de Dextro wielerploeg, nam het in De Telegraaf op voor zijn vrouwen. Hij wilde langere wedstrijden en zag marathonschaatssters Betty Westerveld en Lenie van der Hoorn als voorbeeld.  “Internationaal is er al langer een tendens om duursport voor vrouwen te intensiveren. Kijk naar het marathonschaatsen, waarin Lenie van der Hoorn en Betty Westerveld honderden kerels achter zich hielden in de Alternatieve Elfstedentocht. We moeten ophouden te denken, dat vrouwen dit soort prestaties niet kunnen leveren.”

De oud-schaatstrainer en beroepsmilitair had een groot begeleidingsteam bij elkaar verzameld, uniek in het dameswielrennen. Ze hadden een arts, soigneur, mecanicien en een fysiotherapeut. Hij had naast het geld van Dextro 15.000 gulden uit eigen zak in de ploeg gestopt. Er was anders niet genoeg geld om fietsen te kopen. Amateur- en profwielrenners kregen die vaak gratis van de fabrieken. 

De verslaggever was nog niet overtuigd:

‘Maar al die wichten op die cols. Met wat voor versnellingen moeten ze wel niet rijden om daar bovenop te komen?’

Mieke Havik: de wielrenfeministe

Wielrenster Mieke Havik had daar allemaal geen boodschap aan. Ze won de eerste twee etappes van de Tour en kreeg de eer om als allereerste vrouw ooit de gele leiderstrui te dragen. “Deze Tour is een overwinning voor de vrouwemancipatie,” zei ze tegen de Franse en Nederlandse journalisten. Ze werd de wielrenfeministe genoemd, al vond ze dat zelf een beladen woord dat soms alleen maar voor meer hindernissen zorgde. Mieke had een vakbond voor vrouwenwielrennen opgericht om in Nederland aandacht te vragen voor haar sport. En ze was nog lang niet klaar. Het stak haar dat de etappes in Frankrijk niet langer dan 70 kilometer lang waren. Daarnaast gold nog altijd dat vrouwen vooral aantrekkelijk moesten zijn en ‘niet moe, bestoft en bezweet’.

Er werd bij de vrouwen niet alleen gelet op hun prestaties. “Natuurlijk moet zij zich ook nog quasi-vriendelijke opmerkingen laten welgevallen als ‘dat geel staat je goed”’(tv-commentator Mart Smeets). Ze incasseert het gelaten, in de wetenschap dat de weg nog lang is en tactisch optreden geboden,” observeerde een journalist van De Waarheid

Haar ploegleider kon zich storen aan de ‘onfatsoenlijke’ vragen. “Tijdens interviews met de winnares worden altijd vragen gesteld als: ‘Ben je getrouwd?’ en: ‘Wanneer krijg je een kind?’ De speakers zouden zich meer moeten inspannen om de vrouwenkoersen goed te verkopen,” vond hij.

dijen als saucijzen van de keurslager

Het was duidelijk dat de publieke opinie moest wennen aan koersende vrouwen. “Ik heb Mieke Havik wel eens bij de NOS ontmoet en dan is het een heel aardige jonge vrouw. Maar waar blijft haar charmante uitstraling als ze die platte schoentjes aantrekt en haar dijen als saucijzen van de keurslager in die knellende fietsbroek propt?” schreef tv-maker Jef Rademakers.

‘Waar blijft haar charmante uitstraling als ze die platte schoentjes aantrekt en haar dijen als saucijzen van de keurslager in die knellende fietsbroek propt?’

– TV-maker Jef Rademakers

kan een vrouw killen?

Het duurde lang voordat wielrennen voor vrouwen in Nederland werd geaccepteerd. De Volkskrant ging in 1970 al op onderzoek uit. Was ‘killen’ – je sportieve tegenstander in zo kort mogelijke tijd kapot maken – een typisch mannelijke mentaliteit? “Van onvrouwelijk tot onsmakelijk. Zo variëren de meningen van mannen, maar ook van vrouwen over de beoefening van bepaalde takken van sport door de vrouw’, schreef de journalist van het artikel. “De vraag rijst in hoeverre de vrouw bij bepaalde sporten past, maar omgekeerd zeker ook in hoeverre bepaalde sporten bij de vrouw passen. Stelt de lichamelijke en geestelijke constitutie de vrouw in staat om op dezelfde wijze een sport te beoefenen als de man? […] Past het ‘killen, afmaken’ van de tegenstander bij het imago van de vrouw?”

Foto: Kan een vrouw ‘killen’ ? Vraagt de Volkskrant zich af (7 februari 1970)

Aangezien er nog maar weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan was naar vrouwen in de sport richtte de journalist zich tot een hoogleraar psychologie. Er was één sport waar de hoogleraar zich niet in kon vinden. Wielrennen. “Ik kijk regelmatig in de wielrennerij rond. Die fietsende meisjes, nee, dat lijkt nergens op.”

Waarom niet? Omdat één ding bij wielrennen essentieel was: demarreren. En of de vrouw daartoe in staat was, daarbij zette hij een ‘levensgroot vraagteken’. “Demarreren betekent niet: harder gaan fietsen zoals wij doen als het verkeerslicht op rood gaat springen. Demarreren betekent een gat slaan, even zodanig op het tandvlees rijden dat de psychologische afstand zo groot wordt dat deze onoverbrugbaar lijkt, en dan iets minder zwaar doorstomen. […] En als je dan kijkt naar die lieve Keetie Hage.. Nee dat heeft naast andere dingen niets met het wezen van wielrennen te maken.”

Zo’n splijtende demarrage of eindsprint vereiste volgens de hoogleraar veerkracht, een hoog bewegingstempo en een zekere ‘spierdiameter’. Kenmerken die de vrouw niet bezat. Bovendien was hij er ook niet over uit of ze de psychische moed wel kon opbrengen. 

1984: eerste olympische wegwedstrijd voor vrouwen

In de zomer van 1984 volgde nog een belangrijke gebeurtenis. Voor het eerst in de geschiedenis mochten de wielrensters ook op de Olympische Spelen meedoen, tijdens de Spelen van Los Angeles. In de wedstrijd over 80 kilometer waren de Amerikaanse vrouwen in eigen land superieur. Onder toeziend oog van 200.000 mensen won Connie Carpenter, voor landgenote Rebecca Twigg. Wielrennen voor vrouwen was in de Verenigde Staten al veel meer geaccepteerd. Al sinds de jaren zeventig werd er tijdens de Ronde van Colorado door een vrouwenpeloton drie etappes van 120 kilometer afgelegd, onder andere gewonnen door de Nederlandse Keetie van Oosten-Hage in 1978. “Rebecca Twigg en Connie Carpenter-Phinny zijn in de Verenigde Staten even populair als Greg LeMond en Jonathan Boyer hier,” zei uci-baas Lévitan.

‘Alleen maar trots’

En Mieke Havik? Ze wist uiteindelijk in 1984 de gele trui niet binnen te slepen. Wel ging ze met de groene puntentrui naar huis. Of ze jaloers is op het huidige vrouwen peloton? “ Nee joh, alleen maar trots! Ik gun ze de volwaardigheid die wij toen nog niet hadden. Wij waren de grondleggers en anderen hebben daarop voortgebouwd. Dat is alleen maar goed. Daarnaast ben ik trots op wat ik heb bereikt in mijn eigen carrière. Afgelopen week kwam er een ploeg van de Franse krant L’Équipe om mij te interviewen. Dat is toch te gek? Dan besef je weer dat je toch maar mooi de eerste gele-trui-draagster ooit was”, zegt ze tegenover de Rotterdamse organisatie van de Tour de France Femmes.

BLOG | 40 jaar geleden liepen vrouwen voor het eerst de olympische marathon – ‘get the hell out of my race’

Meer weten over de geschiedenis van vrouwenwielrennen?

Benjamin de Bruijn (De Muur) maakte een serie over de eerste Tour de France voor vrouwen van 1984. Beluister ‘m hier. 

Mien – een vergeten geschiedenis, van schrijfster Mariska Tjoelker. Mien van Bree uit het Haagse Loosduinen was de eerste Nederlandse wereldkampioene in 1938. “Hadden vrouwen niets beters te doen?” Ze overleed in totale anonimiteit. Mariska schreef op een prachtige manier haar moeilijke levensverhaal op. 

Meer weten over de emancipatie van sportvrouwen? Koop Op eigen houtje

Ik geef lezingen over de emancipatie van Nederlandse sportvrouwen. Neem contact met mij op.

Scroll naar boven