Column: De Hollands Venetiëtocht 2012

Vandaag zes jaar geleden reed ik de Hollands Venetiëtocht, een klassieker door Giethoorn die in 1996 voor het laatst werd verreden (met Klasina Seinstra en Erik Hulzebosch als winnaars). Het was mijn allereerste seizoen als marathonschaatsster en toch drong de mystiek van deze natuurijsklassieker meteen heel goed tot me door. Ik schreef er later deze column over.

Het was vroeg. De schemerblauwe lucht was heiig van de mist. De wind blies over de eindeloos strekkende rietkragen en het verenigde geritsel zorgde voor een spookachtig decor. Het was nog stil in het verlaten natuurgebied, maar van rust was geen sprake meer. Het was alsof de Weerribben zich langzaamaan voorbereidden op iets speciaals.

De kou van de laatste paar nachten had een zwarte spiegel op het water achtergelaten, die nu zuchtend en steunend kraakte onder het gewicht van het kleine gezelschap dat zich in alle vroegte had verzameld. Het was zondag, het volk had de luiken nog gesloten en lag haar roes uit te slapen. Onder toeziend oog van de starter en een handjevol verzorgers bewoog het gezelschap zich naar de rode streep die in het ijs gekerft stond. De groep bontgekleurde schaatsers staken schril af tegen het grimmige winterse landschap.

De spanning sneed door het dunne lycra en het peloton liet een ademloze zucht. Er stond een titel te winnen. Van verdedigen was geen sprake, de matadoren van de laatste Hollands Venetiëtocht hadden hun ijzers allang aan de wilgen gehangen. Gretigheid en onwetendheid gingen hand in hand in de stormachtige hoofden van de jonge sporthelden.

Het startschot klonk, en het schrille geluid ebde snel weg in het gekakel van honderd paar klapschaatsen. De mist hing nog laag als een onheilspellend deken over het parcours, en met ingehouden adem ging de kudde op pad. Nog even en de koers zou echt openbreken, als de mist was opgeklaard en de schaatsers de blikken van hun rivalen weer konden vangen. Het was een prachtig limbo, het startschot had al geklonken maar de wedstrijd ving nog niet aan. De rijen van toeschouwers langs de kant en op de kleine bruggetjes waren iets van de toekomst, net als de glorie van de overwinning.

Wat nu telde was de geschiedenis, van een klein volk dat een innige band had gesloten met het water, de eeuwige vijand. De geschiedenis van de helden van weleer die in alle vroegte van hun land vertrokken op de fiets en hun ijzers onderbonden voor een 200 kilometer lange toertocht in Friesland. Om uren later weer diezelfde weg terug te fietsen en zonder blikken of blozen hun werk weer stilzwijgend voort te zetten.

In dat moment, dat limbo, was elke rijder uitverkoren. Ze traden toe tot een bijzonder genootschap, schaatsers die gewend waren aan twee keer linksom op een kunstijsbaan hadden de vuurdoop doorstaan en konden nu meepraten over de echte Hollandse natuurijsklassieker. Later zou de koers echt openbreken en het kaf van het koren gescheiden worden. Maar nu nog niet. Nu waren alle schaatsers even kampioen.

Column De Hollands Venetiëtocht  op marathonschaatsenutrecht.nl

Bekijk hier het wedstrijdverslag van de Hollands Venetiëtocht (NOS) terug

Portfolio marathonschaatsenutrecht.nl 

Scroll naar boven